De Born

Bennekom

Het was tijdens de officiële opening op 22 juli 1933. Mathilde Wibaut gaf toen in haar toespraak aan dat De Born ‘een huis der vrouwen zal zijn’. En ze kreeg gelijk. Tienduizenden vrouwen hebben de afgelopen jaren de tocht ondernomen naar deze unieke locatie, in de bossen bij Bennekom. De Born, een veilige haven voor vrouwelijke leden van de SDAP. De meesten waren arm, hun bestaan was zwaar, met bitter weinig ruimte voor henzelf. Eenmaal gearriveerd verbaasden de vrouwen zich er vaak over dat ze ‘zomaar een paar dagen man en kinderen hadden kunnen achterlaten, voor iets dat alleen van hen was’. Een cursus op De Born.

Natuurlijk was het geen toeval dat Liesbeth Ribbius Peletier en Lien Meyboom-Broersma op een mistige zondagmiddag een doodlopende zandweg inreden en zo de plek ontdekten waar nu De Born staat: het viel de vrouwen toe! Een open plek op een heuvel, midden in de prachtige bossen. Een paar weken later, op 18 mei 1931 werd het terrein al gekocht van de heer Koker.

Het ontwerp voor De Born werd gemaakt door P. Vorkink architect BNA te Amsterdam. De bestektekeningen dateren van juni/juli 1932. Het gebouw is uitgevoerd in 1933 en is zeer zorgvuldig gedetailleerd. Het is te rangschikken onder de bouwstijl van de Amsterdamse School, hoewel er ook invloeden zijn van de Nieuwe Zakelijkheid.

Het huis, de inrichting en de tuin waren klaar, toen op 22 juli 1933 De Born officieel werd geopend met een feestelijke maar sobere bijeenkomst. De Born heeft in het verleden laten zien dat ze het vermogen had om zich aan te passen aan de maatschappelijke trends, zonder haar eigenheid te verliezen. Dat maakt haar tot een levend instituut.

Toen Alvis Vastgoed het pand in 2007 aankocht, kreeg het een nieuwe bestemming en werd na een complete restauratie en een interne transformatie onder architectuur van S-tek te Ede verhuurd als kantoorruimte. Inmiddels is het gebouw een Rijksmonument, evenals de tuin en de kruidentuin. Het geheel is gesitueerd op een opengesteld landgoed van circa 10 hectare. Alvis Vastgoed hecht veel waarde aan de culturele betekenis en heeft alles in het werk gesteld om de authenticiteit zo veel mogelijk in stand te houden. In aanvulling daarop zijn kunstzinnige elementen toegevoegd. Voorbeelden hiervan zijn de door Hans Pulles ontworpen toegangspoort en de fraaie hekwerken die de ingang van de kruidentuin markeren.